In antwoord op schriftelijke vragen van de VVD op 2 februari 2017 publiceerde de gemeente op 11 maart haar antwoord bij de agenda voor de gemeenteraadsvergadering van 14 maart 2017.
De gemeente schrijft:
Tot dusver heeft dat voor de oostzijde niet geleid tot concrete en haalbare plannen die passen binnen de visie van het college en binnen de ruimtelijke mogelijkheden.
Hiermee geeft het college aan dat zij wel beschikt over een visie op het gebied om plannen te toetsen. Helaas is die visie niet publiek toegankelijk. De Herijkingsnota 2015 is immers nooit vastgesteld door de gemeenteraad. Het ontwikkelen van concrete bouwplannen kost geld. Zonder dat bekend is hoe en waaraan die plannen zullen worden getoetst, is dat onverantwoord geld uitgeven. Waaraan de gemeente de haalbaarheid van ingediende plannen heeft getoetst blijft onduidelijk. Welke plannen, anders dan Medina, zijn ingediend wordt ook niet duidelijk. Feit is dat het college tot november 2016 dacht dat de grond van NS Vastgoed was en dat de NS zou ontwikkelen.
Op voorhand is wel duidelijk dat woningbouw op deze locatie, vanwege aanwezige milieuhinder, geen optie is.

Ik heb de gemeente herhaaldelijk gewezen op de mening van deskundigen. Ik heb dat gemotiveerd in mijn schrijven aan de gemeenteraad van december. Ik heb dat herhaald in mijn verzoek van 8 februari 2017. De gemeente hanteert “Bedrijven en milieuzonering, handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk, editie 2009, uitgegeven door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)“. Onder andere in hoofdstuk 4.2 van deze Handreiking is omschreven hoe woningbouwplannen moeten worden getoetst. Indien blijkt dat een activiteit niet past binnen het geldende bestemmingsplan, kan de activiteit soms via een aanvullende procedure alsnog door de gemeenteraad mogelijk worden gemaakt. Deze procedure is beschreven in de verschillende stappenplannen uit bijlage 5 van de VNG handreiking. Ook is in de handreiking omschreven dat vanuit een langere termijnvisie de gewenste ontwikkeling van het bedrijventerrein moet worden onderzocht. Bestaande bedrijven kunnen immers vertrekken en nieuwe bedrijven kunnen zich aandienen. Via vervolgonderzoek moet de werkelijke milieubelasting in beeld worden gebracht. Er wordt o.a. gewezen op ‘hinderbeperkende voorzieningen’. Het komt erop neer dat bij het te maken ontwerp moet worden aangetoond dat die voorzieningen er zijn en dat ze doelmatig zijn. In feite dus hetzelfde onderzoek dat in 2009 volgens de Raad van State plaats had moeten vinden.
Overigens betekent dit antwoord dat nagenoeg geen enkele woning kan worden gerealiseerd in De Woongaard, Het Klooster, naast het stationsplein en op de locatie Spoorlaan 3. Zie de rode cirkels op het satellietbeeld. De visie zoals verwoord in Herijking Elst Centraal zal dan ook niet gebruikt zijn als onderbouwing van dit standpunt.
Daarnaast is het college voortdurend doende om via de diverse communicatiekanalen, de kansen van deze locatie in de markt bekend(er) te maken
Het is onduidelijk welke kanalen het college bedoelt. Bij de makelaars hangt in elk geval geen advertentie. Waar ‘de kansen van deze locatie’ zijn beschreven is in elk geval niet duidelijk.
Het antwoord op schriftelijke vragen van de VVD heeft in elk geval geen inzicht gegeven in de activiteiten die worden ontwikkeld vanuit het College van B&W. Omdat de gemeenteraad geen opdracht of kaders heeft vastgesteld hebben wethouders feitelijk geen uitvoeringsopdracht zoals in de gemeentewet vastgelegd.